Auteursarchief: Erika Kremeike

Erika Kremeike

Over Erika Kremeike

Merken- en modellengemachitgde

Gebruiksplicht? Ik begrijp het niet, ik heb toch een merkregistratie?

gebruiksplicht merkregistratie
Lees het gehele artikel

Gebruiksplicht? Ik begrijp het niet helemaal. Ik heb toch een merkregistratie?” Dit horen wij wel vaker als we merkhouders op de gebruiksplicht attenderen. Hier geven we je antwoord op al je vragen.

Wat en waarom een gebruiksplicht van je merk?

Als ondernemer heb je wellicht voor je producten of dienstverlening een wervende naam met bijbehorend logo verzonnen. Uiteraard heb je dit als woord en beeldmerk laten registreren om je rechten te waarborgen en te kunnen beschermen.

Maar dan ben je er nog niet!

Eenmaal geregistreerd heb je weliswaar een merkrecht, maar je moet er wel voor zorgen dat je dat recht behoudt door onder andere het merk “normaal te gebruiken”. Dit is je zogenaamde “gebruiksplicht” als een merkhouder. De gedachte hierachter is; als een merknaam geregistreerd is maar niet wordt gebruikt moet deze weer beschikbaar worden gesteld voor derden om deze te gebruiken of te registreren.

Er is echter wel rekening mee gehouden dat je bij de start van een onderneming tijd nodig hebt om te werken aan het “normale gebruik: van je merk, lees: commerciële activiteiten ontplooit om je merk in de markt te kunnen introduceren om zo tot een afzet en marktaandeel te komen. Daarom ben je de eerste 5 jaar vrijgesteld van de gebruiksplicht.

Maar wat is dan nu precies “normaal gebruik”?

Je merk is vastgelegd, je merkregistratie is rond. Nu kun je aan het merk gaan werken, zorgen dat je klanten het merk gaan identificeren met je producten en/of diensten.
Bij “normaal gebruik” gaat het om gebruik van het merk voor die bepaalde waren of diensten die je als ondernemer in de markt wil afzetten of die je al een tijdje verkoopt of aanbiedt. Het moet hierbij gaan om reële commerciële activiteiten, waarbij ook de feiten en omstandigheden van belang zijn, waaronder die activiteiten plaatsvinden. Denk daarbij aan omvang en frequentie van het gebruik van het merk, het verkrijgen van een marktaandeel door verkoopactiviteiten, marketing en reclame-uitingen. Al deze zaken kunnen ertoe bijdragen dat het merk daadwerkelijk, en dus normaal, wordt gebruikt.

Ik geef soms producten gratis weg als extraatje, dan gebruik ik mijn merk toch ook?

Als “niet normaal gebruik” bijvoorbeeld geldt dat als een merkhouder, wanneer hij bepaalde waren gratis meegeeft bij andere waren, geen normaal gebruik maakt van zijn merk voor de gratis meegegeven waren, ook al is het merk daarvoor ingeschreven. Dat was het geval in een zaak  waarbij een gratis alcoholvrij drankje bij textielwaren werd meegegeven. Hier werd ook over geadverteerd. Ook al was het merk voor zowel textielwaren als alcoholvrije dranken ingeschreven, oordeelde het Hof dat het gratis drankje niet aan de klant werd meegegeven met als doel het creëren van een marktaandeel voor alcoholvrije dranken. Het merkgebruik leverde volgens het Hof geen bijdrage dat voor deze waren een afzet werd gevonden of behouden. 

Wat voor risico loop ik als ik geen “normaal gebruik” van het merk kan aantonen?

Vijf jaar na registratie van je merk loop je het risico dat het merkrecht kan vervallen als een derde dit aankaart bij het Merkenregister. Bovendien kunnen concurrenten dan het merk voor hun eigen producten of diensten gaan registreren. Het risico is dus dat je jouw merk verliest of dat je concurrent er mee aan de haal gaat.

Hoe kan ik gebruik van mijn merk aantonen?

Blijf werken aan je merkgebruik, en houd het belang ervan in het oog. Je hebt immers geïnvesteerd in je merk.

Gebruik van je merk kun je aantonen door bijvoorbeeld screenshots te maken van een website waarop je producten en/of diensten aangeboden worden, bij voorkeur met een datumvermelding. Of bijvoorbeeld doormiddel van een brochure of productcatalogus met daarop vermeld het jaartal, gedateerde foto’s, facturen, productverpakkingen en/of reclame-uitingen via social media. Ook kan het verstandig zijn om (schriftelijke) verklaringen van leveranciers of retailers op te vragen. Het overleggen van verkoopcijfers (omzet- en afzet) wordt over het algemeen ook als gebruiksbewijs aanvaard.

In de praktijk wordt het bewijs om gebruik aan te tonen per geval bekeken en beoordeeld of dit voldoende is. Hierbij speelt ook de aard van het product of service een rol. Bij hele exclusieve producten is er vaak maar een minimaal gebruik nodig om aan de gebruikseis te voldoen. Denk aan luxe plezierjachten of sportwagens.

Kortom

Belangrijkste punten om hieruit mee te nemen:

  • Een merkregistratie is een prima eerste stap om je bescherming te waarborgen.
  • Zorg ervoor dat je jouw merk minimaal 5 jaar na registratie gebruikt en blijft gebruiken
  • Leg een archief aan met gebruiksbewijzen zodat je makkelijk je merkgebruik kunt aantonen

Ontdek hoe wij uw merk registreren en of uw merk voldoet aan de normen voor gebruiksplicht.

Neem contact op met een van onze adviseurs en laat uw merken toetsen op “normaal gebruik”.

Kan een kleur eigenlijk een merk zijn?

Kleur als merk
Lees het gehele artikel

Die vraag wordt mij vaak gesteld en ik antwoord steevast, wat vindt u zelf? Men komt dan met voorbeelden als het blauw van de Nivea potjes of het paars van de Milka-koeien… En daar heb je dan al het antwoord op de vraag: als het publiek de kleur associeert en herkent zit je al een eind in de goede richting om als merk in aanmerking te komen.  Hoe langer en/of intensiever je een merk gebruikt, hoe meer dit gezien gaat worden als een merk. Voor kleurmerken is de drempel naar voldoende herkenning echter wel behoorlijk hoog.

Wat is een geldig merk?

Een merk moet iemands producten en dienstverlening onderscheidend maken ten opzichte van die van een ander. Dat is één van de vereisten om als merk te kunnen gelden. Daarnaast moet het ook niet gaan om beschrijvende tekens waarbij de kenmerken van het product of de diensten worden weergegeven (“diesel” voor brandstoffen kan bijvoorbeeld niet, “DIESEL” voor kleding kan wel) of te simpele tekens (triviale vormen zoals een rondje of kleuren of letters in het algemeen).

Maar waarom zijn er dan toch kleuren als merken geregistreerd? Uit de jurisprudentie blijkt dat kleuren wel degelijk als merk kunnen fungeren. In principe kun je dus een kleur als merk laten vastleggen. Bij aanvraag van dat kleurmerk moet in ieder geval duidelijk aangegeven worden hoe die kleuren gebruikt worden, zodat de bescherming duidelijk en nauwkeurig vast te leggen is. Deponering van een kleurstaal en weergave van de kleur door middel van een internationaal erkende kleurcode zoals RAL of Pantone is daarbij een wettelijke vereiste.

Daarnaast speelt nog de eis van onderscheidend vermogen een rol. Een teken dat te weinig onderscheidend vermogen heeft of te simpel is, zoals een kleur, kan alsnog die vereiste onderscheidenheid krijgen door langdurig en/of intensief gebruik in de markt en wel zodanig dat mensen de kleur als “merk” gaan herkennen. Daarmee is het teken ‘ingeburgerd’ en voldoet het alsnog aan de vereisten van een merk, namelijk herleidbaar naar een bepaald product of dienst. De vraag is natuurlijk: wanneer is een kleur dan ingeburgerd?

BLAUW?

Om te bepalen wanneer je kunt spreken van inburgering moeten alle factoren die maken dat een merk een merk is bekeken worden, namelijk: is het merk geschikt geworden om vast te kunnen stellen dat een product van een bepaalde onderneming afkomstig is (herkomstfunctie) en heeft het dus onderscheidend vermogen verkregen?

Depotnummer 003557808

Die factoren zijn onder andere de duur en intensiteit van het gebruik van het merk,  hoe groot is het marktaandeel, de geografische spreiding, de hoogte van het reclamebudget van de onderneming voor het merk, het gedeelte van het betrokken publiek dat de producten op basis van het merk als afkomstig van een bepaalde onderneming identificeert, alsmede marktonderzoeken. Neem nu het blauw van de Nivea potjes. Unilever vond dat het blauw dat door Beiersdorf als merk werd geregistreerd geen geldig merk was, want niet onderscheidend, en begon een zaak. De Duitse rechter, daar werd de zaak aanhangig gemaakt, gaf als criterium aan dat om in Duitsland een merkenclaim op een kleur te vestigen, er aangetoond moet worden dat 75% van de doelgroep die kleur als merk herkent. Dat was helaas niet zo, maar in hoger beroep lukte het Beiersdorf om de door het Hof bepaalde percentage van 50% herkenning voor kleurmerkbescherming wél te halen. Uit het marktonderzoek bleek namelijk dat 71%  van de ondervraagde mensen de kleur herkende. Helaas besloot Unilever niet met de rechtszaak verder te gaan en is alsnog niet duidelijk uitgemaakt of het blauw nu wel of niet ingeburgerd was. Het merk bleef wel geregistreerd.

GEEL dan?

Om precies te zijn Kärcher-geel. De producent van onder andere hogedrukreinigers, brengt haar producten in het begin in het blauw op de markt, echter in 1974 werd het blauw vervangen door het kenmerkende geel. Sindsdien heeft Kärcher onafgebroken, wereldwijd en consequent deze kleur voor haar producten gebruikt.

Depotnummer 016056103

Toen Varo, ook een producent van hogedrukreinigers, de kleur geel voor haar producten gebruikte, vond Kärcher dan ook dat er inbreuk op haar kleurmerk plaatsvond. De rechtbank Den Haag gaf Kärcher grotendeels gelijk en oordeelde dat “Kärcher-geel” een ingeburgerde kleur is, mede door het consequente gebruik en het inmiddels ontstane onderscheidend karakter. Een groot deel van het in aanmerking komende publiek zou bij een Varo-gele hogedrukreiniger namelijk kunnen denken dat die afkomstig is van Kärcher. Kärcher had voldoende aangetoond – met inachtneming van de eerder genoemde factoren – dat haar gele kleur als merk ingeburgerd is.

Het is wel GOUD wat blinkt

Nog een recent voorbeeld: Lindt schreef in 2001 zijn in goudkleurig folie voorzien van een rood lintje met belletje verpakte paashaas in als merk: “Lindt Goldhase”. Lindt had al eerder geprobeerd haar chocolade haas als vormmerk vast te leggen, maar dat was – ondanks vele rechtszaken – niet gelukt. Een verandering in de tactiek om zo te proberen de goudkleurige folie van het haasje als merk erkend te krijgen, werpt echter wel haar vruchten af.

Depotnummer 001698885

Het Duitse Bundesgerichtshof heeft in een recent gewezen vonnis bepaald dat de gouden kleur van de folie inmiddels is ingeburgerd, waarbij werd verwezen naar het marktonderzoek dat is uitgevoerd waarbij 70% van het in aanmerking komende publiek heeft aangegeven dat de kleur goud wel degelijk met het chocoladehaasje van Lindt wordt geassocieerd.  De rechtbank in München had eerder een eis van Lindt tegen de Duitse zoetwarenfabrikant Viba Sweets – eigenaar van Confiserie Heilemann – afgewezen. Heilemann brengt ook een chocoladehaasje in gouden folie op de markt. De kleur goud werd door de lagere rechtbank niet als corporate image gezien. Lindt verkoopt ook anders gekleurde producten op de markt. Er zou enkel een associatie vastgesteld zijn op grond van de grote bekendheid van de Lindt Goldhase maar er zou geen enkel bewijs zijn geleverd voor de geldigheid van de kleur zelf met het haasje op de markt.  Het Bundesgerichtshof heeft er nog aan toe gevoegd dat het niet uitmaakte dat de onderneming niet voor alle producten de gouden kleur gebruikte of het rode kraagje met belletje als kenmerk voor het haasje heeft. De chocoladehaas had in 2017 een marktaandeel van meer dan 40% en op grond van die reputatie inmiddels merkstatus verworven.

De zaak is nu door de Bundesgerichtshof weer terugverwezen naar de rechtbank in München. Er moet nu nog verder gestreden worden over de vraag of Heilemann zelf niet ook een chocoladehaasje in gouden folie mag verkopen en of er nu wel inbreuk wordt gemaakt op het pas verworven“goud”merk van Lindt vanwege verwarringsgevaar.  Zal het goud van Lindt blijven blinken?

Kortom

Belangrijkste punten om hieruit mee te nemen:

  • Een kleur kan wel degelijk als merk fungeren.
  • Bij de aanvraag moet duidelijk worden aangegeven hoe de kleur gebruikt wordt.
  • Voor inburgering is langdurig en/of intensief gebruik in de markt van de kleur noodzakelijk om zich te kunnen onderscheiden als merk.

Ontdek hoe wij uw merk registreren en of uw gebruik van kleuren in aanmerking komt voor bescherming als merk. Neem contact op met een van onze adviseurs en laat u adviseren of uw merk een “gouden”merk is.

Waarschuwing voor misleidende facturen

Lees het gehele artikel

Nog altijd worden octrooi- en merkhouders lastig gevallen met spookfacturen. De facturen lijken echt en komen erg overeen met die van de officiële instanties. Zoals bijvoorbeeld het WIPO (World Intellectual Property Organization), het Benelux Bureau voor de Intellectuele Eigendom of de Kamer van Koophandel. Graag waarschuwen wij u voor deze misleidende facturen.

Hoe komen de bedrijven aan uw gegevens?

Zowel het handelsregister bij de Kamer van Koophandel als de octrooi- en merkenregisters zijn openbaar. Uit deze registers halen de aanbieders van misleidende facturen eenvoudig uw gegevens om u zo een misleidende factuur toe te sturen. Een aantal bedrijven hebben hier hun dagelijks werk van gemaakt. Zij versturen op regelmatige basis facturen, die noodzakelijk lijken voor de registratie of verlening van uw recht, maar in feite spookfacturen zijn.

Door de mand gevallen en strafrechtelijk veroordeeld

In de loop der jaren zijn er in enkele gevallen malafide bedrijven door de mand gevallen en is een verdachte strafrechtelijk veroordeeld tot een gevangenisstraf van 18 maanden voor oplichting en schending auteursrecht van de Kamer van Koophandel. Deze verdachte had samen met anderen 385.000 brieven met acceptgirokaarten naar ondernemers verstuurd met mededeling “Bijdrage kvkhandelsregister.nl”. Deze brieven vertoonden frappante gelijkenis met de jaarlijks door de Kamer van Koophandel verstuurde nota’s (ECLI:NL:GHARL:2017:2702). Ook in Zweden en België hebben soortgelijk veroordelingen plaatsgevonden.

Controleer uw factuur!

Zorg ervoor dat u altijd uw factuur controleert voordat u deze voldoet. Dergelijke misleidende facturen gaan niet altijd over uw inschrijving bij de Kamer van Koophandel. Het kan ook over uw merk of octrooi indiening gaan, of bijvoorbeeld of de verlenging van uw geregistreerde merk of octrooi. Enkele van onze klanten ontvangen ook regelmatig aanbiedingen per e-mail over het registreren van hun domeinnamen in het buitenland. Met een waarschuwing dat als u niet registreert, iemand anders uw domeinnaam of zelfs uw merk zal registreren in dat land.

Het is daarom van belang kritisch te zijn in het controleren van uw facturen. Kijk hierbij goed waar de brief vandaan komt, wat is het adres van de afzender. Vaak kunt u hieruit afleiden dat de brief in werkelijkheid niet afkomstig is van de officiële instantie in kwestie. Voorbeelden van misleidende facturen treft u hier aan.

In alle gevallen van twijfel adviseren wij om contact op te nemen met een van onze gemachtigden.

Kortom

Belangrijkste punten om hieruit mee te nemen:

  • De facturen lijken echt en komen erg overeen met die van de officiële instanties
  • Controleer de afzender
  • Bij twijfel, neem contact op

Twijfelt u aan de echtheid van een factuur? Neem contact op met een van onze gemachtigden. Wij helpen u hier graag bij.

Foto door Luis del Río via Pexels.

Wat is een i-depot en wat kan ik ermee?

Lees het gehele artikel

De maker van een werk van letterkunde, wetenschap of kunst heeft auteursrechten, daar hoeft men niets anders voor te doen dan aan te tonen dat dat zo is. Een idee op zich, uw gouden idee, is volgens de wet echter niet te beschermen. De uitwerking ervan wèl, zoals een concept van een idee van een product of een concept van een dienstverlening. Door stukken te dateren kunt u aantonen dat het concept van het product of de dienstverlening op een bepaald moment al bestond. Als iemand beweert dat deze eerder was met uw idee of uw product zelfs namaakt heeft u een bewijs van datering.

Een idee deponeren

Vroeger had men daar andere middelen voor bedacht, zoals bijvoorbeeld in de jaren ’90 het laten stempelen van stukken bij de Belastingdienst, of een gesloten enveloppe naar jezelf toezenden waardoor deze een datumstempel ontving van de verzending. Het in bewaring geven van een akte met een idee bij de notaris gebeurt eigenlijk nog steeds. Dicht daarbij in de buurt komt het idee deponeren, of wel het i-depot.

De Belastingdienst verleent deze dienst niet meer en het i-depot is een prettigere manier dan jezelf een enveloppe toezenden. De enveloppe kan zoekraken of bij iemand anders in de bus terecht komen. Dan bereikt u het tegenovergestelde dan dat wat u voor ogen had. Het in bewaring geven van uw document bij een officieel Register is daarom veiliger en sneller. Het aanvragen van een i-depot gebeurt bij het Benelux Register in Den Haag, afdeling tekeningen en modellen. Het Register houdt uw i-depot altijd geheim, echter kunt u er ook voor kiezen om deze direct geheel of gedeeltelijk openbaar te maken. Voordeel daarvan is de directe publicatie en bewijs aan andere onderhandelingspartijen.

De juiste volgorde

Het i-depot vult de andere intellectiele eigendomsrechten aan, maar kan deze niet vervangen. Als een technische vinding octrooiwaardig is, is het van belang een octrooiaanvrage voorafgaande aan alle andere activiteiten in te dienen. Sommige intellectuele eigendomsrechten kunnen, als deze niet in de juiste volgorde worden aangevraagd, elkaar tegenwerken in plaats van aanvullen. Het i-depot is het dateren van stukken en geeft geen intellectuele eigendomsrecht. Een i-depot kunnen wij direct online voor u verrichten bij het Register. Heeft u liever zelf uw enveloppe ook in een kluis dan kunnen wij een hard-copy aanvragen. De enveloppe bestaat dan uit twee delen waarvan het eerste deel achterblijft bij het Register en het tweede deel ontvangt u retour.

Kortom

  • Met een i-depot kunt u aantonen wanneer het idee tot stand kwam
  • Het i-depot is het dateren van stukken en geeft geen intellectuele eigendomsrecht
  • Een i-depot is een aanvulling maar geen vervanging van andere intellectuele eigendomsrechten
  • Met een i-depot blijft uw idee geheim, tenzij u zelf kiest voor publicatie

Ontdek hoe wij uw idee beschermen en welke vorm van bescherming het beste past bij uw gouden idee. Neem contact op met een van onze adviseurs en laat u adviseren of een i-depot de juiste keuze is voor u.

Is uw Uniemerk of geregistreerd Gemeenschapsmodel klaar voor de finale Brexit?

euipo.europa.eu
Lees het gehele artikel

Zoals de toetreding van een land bij de Europese Unie gevolgen heeft voor uw Uniemerk of Gemeenschapsmodel, heeft een uittreding van een land ook gevolgen voor uw Europees merk en model. Bij toetreding komt er een land bij uw Uniemerk of Gemeenschapsmodel, doorgaans merkt u daar weinig van dan dat er een bescherming is in een extra land. Maar hoe zit dat nu bij een uittreding? Zoals in het geval van het Verenigd Koninkrijk, die zich nu in de laatste fase van de “Britse exit” bevindt?

In het kort

De uittreding van het Verenigd Koninkrijk (VK) per 1 februari 2020 uit de Europese Unie heeft ook gevolgen voor de registratieprocedures van een Europees merk bij het Bureau voor de Intellectuele Eigendom van de Europese Unie (EUIPO). Er is momenteel een overgangssituatie van kracht tot 31 december 2020, weergegeven in het ontwerp van het terugtrekkingsakkoord.

Wat betekend dit voor mij?

Of uw merk of model klaar is voor de finale overgang hangt af in welke situaties van het registratieproces uw merk of model zich bevindt. Wij zullen de twee mogelijke situaties schetsen.

Situatie 1 – Heeft u vóór 31 december 2020 een volledig geregistreerd merk of model in handen, dan hoeft u verder niets te doen. Uniemerken en geregistreerde Gemeenschapsmodellen worden aan het einde van de overgangsperiode automatisch als nationale merken en modellen voor het Verenigd Koninkrijk van kracht. De inzet van de onderhandelingen tussen de EU en het Verenigd Koninkrijk is dat een Uniemerk en een Gemeenschapsmodel automatisch en kosteloos wordt geregistreerd bij het UKIPO en u dan dus niets hoeft te doen (art.54(a) en (b) terugtrekkingsakkoord). Pas als u het Uniemerk of Gemeenschapsmodel bij het EUIPO vernieuwt, moet u ook tegelijkertijd  het overeenkomstige merk voor het Nationaal register het UK Intellectual Property Office (UKIPO) vernieuwen.

Situatie 2 – Als een procedure voor de inschrijving van een Uniemerk of een Gemeenschapsmodel nog loopt aan het einde van de overgangsperiode, dus op 31 december 2020, dan geeft het Uniemerk en Gemeenschapsmodel geen bescherming meer in het VK. U kunt voor uw merk en model een aparte nationale aanvraag doen bij het Register van de Verenigd Koninkrijk. Als u dit doet binnen 9 maanden na 31 december 2020, behoudt u een recht van voorrang, dat wil zeggen, u behoudt daarmee de depotdatum van uw Uniemerk- of Gemeenschapsmodelaanvraag (art. 59(1) terugtrekkingsakkoord). Aan deze registratieprocedure zijn kosten verbonden en is dus actie vereist. Doet u niets dan vervalt uw recht in het VK. Indien u, uw Uniemerk of Gemeenschapsmodel door LIOC heeft laten registreren dan nemen wij contact met u op om de vervolgstappen te bespreken.

Duizelt het u of uw merk of model er wel klaar voor is? Neemt u gerust contact op voor een persoonlijk advies. U kunt ons bereiken op 040-3032148, via e-mail op info@lioc.nl of stuur ons hier een bericht.

Bron afbeelding: euipo.europa.eu